Biologische agentia
Biologische agentia
Biologische agentia zijn te onderscheiden in levende en niet-levende biologische agentia. De regels voor levende micro-organismen zijn opgenomen in afdeling 9 van het Arbobesluit en in de arbobeleidsregels. Voor alle niet-levende biologische agentia is de algemene regelgeving voor gevaarlijke stoffen (hoofdstuk 4) relevant.
Biologische agentia zijn, al dan niet genetisch gemodificeerde, micro-organismen of andere dragers van plantaardige of dierlijke herkomst, die een infectie, allergie of toxiciteit kunnen veroorzaken of andere gezondheidsrisico’s kunnen opleveren. Hiertoe behoren o.a.:
- bacteriën, schimmels, gisten, parasieten
- ‘producten’ van dode bacteriën en schimmels (zoals toxines)
- weefselkweek (celcultures)
Norm
Medewerkers en leerlingen dienen optimaal beschermd te worden tegen de risico’s van blootstelling aan deze agentia.
Veldwerk
- Het is bekend hoe te handelen bij krab- en bijtwonden bij het werken met dieren / veldwerk.
- De begeleiders bij het veldwerk zijn bekend met moderne methoden voor het verwijderen van teken.